1. OPKOMST

Als 17½ jarige knaap werd ik geconfronteerd met het zware en ongezonde beroep van mijnwerker. In Limburg generaties lang het hoofdmiddel van bestaan. Beleving of andere wensen telde niet. Toegegeven; de mogelijkheden waren zeer beperkt. Mijnwerkers waren vrijgesteld van militaire dienstplicht; echter ik heb geen gebruik gemaakt van de vrijstelling. Het zware en ongezonde werk in de mijnen wilde ik ontvluchtten. Tevens wilde ik mij bewijzen; smachtte naar erkenning. Daarnaast had ik grote bewondering en respect voor onze bevrijders. Hun pad is niet over rozen gegaan. Velen van hen hebben helaas de eindstreep niet behaald. Margraten; of elders hun laatste rustplaats...!

Dinsdag 14 juni 1960 was mij voor de tijd aangebroken dat ik de wapenrok moest aantrekken. De Tapijnkazerne in Maastricht was mijn opkomstadres. Hier werd ik als burger voor het eerst geconfronteerd met het soldaat zijn. Op de appelplaats zag ik onder luid geschreeuw van sergeanten de soldaten heen en weer exerceren. In de loop van de dag arriveerde van heinde en verre de rest van de opkomstlichting. Een sergeant deelde ons mee: "Vanaf nu staan jullie onder de krijgstucht en de komende maanden mogen jullie het burgerpak aan de kapstok hangen."

FOERIER

Nadat wij in pelotons waren ingedeeld werden wij naar de eetzaal afgemarcheerd. Daar aangekomen werden wij door een oudere lichting in de maling genomen. "Fillers, hoe lang moeten jullie nog?" Na de maaltijd togen wij naar de foerier waar ons een persoonlijke uitrusting (PSU) werd verstrekt. De foerier keek mij met argusogen aan, greep in een van de rekken en zei: "Past precies!"

KRIJGSTUCHT EN EXERCITIE

Onderwezen werden wij in krijgstucht, rangen, wapenleer, sporten en exercitie. Een kamergenoot uit Scheveningen was de lolbroek van het peloton. Tijdens exercitie liep hij als een telganger en bij het commando: "rechts.....omkeer", liep hij tot ergernis van de sergeant rechtdoor. Rechtervleugel man en bij het commando: "uitrichten", dribbelde hij eveneens naar rechts, het peloton op sleeptouw nemend. Het was dolle pret; helaas zat hij vaker in de cel. Op de Sint Pietersberg werden wij wegwijs gemaakt in camouflage technieken en gingen wij enkele dagen in bivak...!

OVERPLAATSING VUGHT

Van onze lichting had een groep studie-uitstel gehad en kwam zodoende enkele weken later in dienst. Om deze reden raakte enkele pelotons overcompleet en werd ik met enkele anderen aangewezen voor overplaatsing naar de 'Garde Grenadiers' in Vught. In deze periode werd door Koningin Juliana een nieuw vaandel uitgereikt. Met flitsend gepoetste uitrusting stond de 'Garde' aangetreden. Hier heb ik ervaren wat het betekent om geruime tijd te staan met:  "Presenteer...Geweer!"

WERVING KCT

De laatste week van de rekrutentijd kwamen enkele officieren van het  'KCT´om liefhebbers te werven. In sporttenue in de sportzaal; een arts liep aan ons voorbij voor eerste selectie. Hierna volgde een medische keuring, waarbij botten en ledematen uitgebreid onder de loep werden genomen. Vervolgens kregen wij een test op de hindernisbaan. Aangetrokken door de voorlichting nam ik mij voor om tot het uiterste te gaan. Na het nemen van deze baan zei de wervingsofficier: "Jij kunt goed lopen, maar het kan sneller, loop nog maar een rondje...!" Uiteindelijk bleven wij in Vught meteen handvol kandidaten over. In den lande werd deze selectie op de zelfde wijze uitgevoerd. In totaal zouden wij met 112 cursisten gaan deelnemen...!!